Back to top

Dienst orthopedie staat internationaal op de kaart dankzij verregaande subspecialisatie

10 augustus 2018

Afwijkingen aan het skelet of de gewrichten, fracturen van gewrichten of botbreuken, platvoeten en handproblemen … Allemaal aandoeningen waarmee je al eens op de dienst Orthopedie kan belanden. Op campus Sint-Jan mag je voor al deze problemen op de beste zorgen rekenen.

Efficiënt en kwalitatief

Binnen het ziekenhuis ontstond de dienst Orthopedie in de jaren 60 als afsplitsing van de Algemene Heelkunde. Dr. Pieter Vertongen vertrok als algemeen chirurg naar de Verenigde Staten om er een specialisatie-opleiding in de orthopedie te volgen. Van daaruit specialiseerde hij zich verder tot revalidatiearts. Hij is degene die op campus Sint-Jan het traumatologisch centrum oprichtte.

Vandaag zijn er binnen de dienst Orthopedie maar liefst zeven verschillende subspecialiteiten: hand en pols, schouder en ellenboog, voet en enkel, heup, knie, pediatrie en axiaal skelet. Dat levert zeer doeltreffende en kwaliteitsvolle zorgverlening op, want hoe vaker een chirurg een bepaalde ingreep uitvoert, hoe beter deze bepaalde risico’s kan inschatten en voorkomen. De chirurg zelf haalt er heel wat beroepsplezier uit als deze dit soort kwaliteitswerk kan leveren. Heel wat van de verpleegkundigen, anesthesisten, kinesitherapeuten en andere leden van elk team volgden trouwens een bijkomende opleiding, gericht op de subspecialisatie waar ze aan verbonden zijn.

Ruim werkterrein

Er werken in totaal achttien chirurgen in de groep Orthopedie. Ze zijn verbonden aan twee ziekenhuizen, campus Sint-Jan en AZ Sint-Lucas Brugge, en zijn daarnaast actief op campus Sint-Franciscus Xaverius, in de Orthoclinic, het Medisch Centrum Park Van Zuylen en de privaatpraktijk van prof. dr. Jean Goubau. Ook in het Penitentiair Centrum Brugge en het UZ Jette staan ze in voor medische hulpverlening. Omdat orthopedische chirurgen een veeleer technische zorgverlening bieden, is er op de verpleegafdeling een zaalarts. Die neemt de algemene medische zorgverlening voor zijn rekening.

Op zoek naar vernieuwing

Een van de chirurgen volgde een vooropleiding als plastisch chirurg. Voor heel wat patiënten met verwondingen is dat een goede zaak, want hij introduceerde de ‘flapchirurgie’. Dit is een techniek om weefsels zoals huid, vet en spieren van ergens anders uit het lichaam te transplanteren. Door de toepassing daarvan kunnen de orthopedische chirurgen, die zich vroeger vooral op de behandeling van de beenderen en gewrichten concentreerden, nu ook veel sneller ingrijpen om de schade omheen het bot te herstellen. In de verschillende subspecialiteiten gaan de chirurgen trouwens voortdurend op zoek naar vernieuwende technieken die een beter resultaat opleveren. Zo gebruiken ze nu voor bepaalde bekken-, knie-, schouder- en polsfracturen hele recente technieken die nog niet overal toegepast worden. Zo gebruikten de kniechirurgen in maart bijvoorbeeld voor het eerst robotassistentie om knieprothesen te plaatsen, een techniek waar ze zeker toekomst in zien.

In goede handen

Met het Handcentrum op campus Sint-Jan bouwde de dienst Orthopedie ook een sterke reputatie op. Omdat de fijne structuur van de hand vaak precisiewerk via de microscoop vraagt, kunnen patiënten er permanent rekenen op medische bijstand door een gediplomeerd microchirurg. De steeds sterkere specialisering binnen de handrevalidatie, de wondzorg- en de hospitalisatieverpleegkunde hebben geholpen om het centrum zo sterk uit te bouwen. Ook de nazorg is er zeer gespecialiseerd. Een van de chirurgen beheerst bijvoorbeeld transplantatietechnieken om de duim te vervangen door de grote teen. Dit is een vrij unieke operatie in België, die patiënten helpt om hun handfunctie te behouden na het verlies van hun duim.

Sterk en gezond

De toekomstplannen van de dienst Orthopedie op campus Sint-Jan? Op dit ogenblik telt de polikliniek negen consultatieruimten en een gipskamer met plaats voor vier, maar een uitbreiding van deze aantallen naar zestien en zes zou ideaal zijn om de flow van meer dan 42.000 per jaar goed en correct op te vangen. Op de verpleegeenheid zouden de orthopedisten graag alle orthopedische zorgverlening, van dagverblijf over kortverblijf naar langverblijf en orthopedische ouderenzorg op een samenbrengen, onder de hoede van gespecialiseerde orthopedische verpleegkundigen. Dat zou voor een motiverende sfeer zorgen. De meeste orthopedische chirurgie is namelijk gericht op herstel. Patiënten horen daarom niet thuis in een zogenaamde ‘ziekenboeg’, maar hebben een omgeving nodig die uitstraalt dat ze opnieuw sterk en gezond het leven zullen kunnen verderzetten.