Lichaamsmateriaal voorkeur |
serum |
Recipient voorkeur |
serum-gel tube |
Mininum vereiste volume |
4,7 mL |
Analysevolume |
300 µL (dood volume 150 µL) |
Bewaarcondities en voorbehandeling |
Max. 7 d. in koelkast en 3 mnd. in diepvries |
Acceptatiecriteria staalontvangst |
Het specimen wordt zo snel mogelijk, bij voorkeur binnen het uur na afname, op kamertemperatuur naar het laboratorium gebracht. |
Acceptatiecriteria bijaanvraag |
Indien het specimen een correcte pre-analytische fase onderging, en sindsdien bewaard wordt in de koelruimte kan een bijaanvraag gebeuren tot 1w na afname. |
Analyse frequentie |
1x/ week |
Antwoordtijd |
< 1 week |
24/24uur |
nee |
Verantwoordelijk klinisch bioloog |
Prof. dr. Michel Langlois |
Uitvoerende laboratoriumdienst/afdeling |
Dienst Laboratoriumgeneeskunde; Operationele entiteit: Immuno- en proteinechemie |
Techniek/methode |
Immunonefelometrie |
Toestel |
BN ProSpec |
Eenheid of kwalitatief |
g/L |
Referentie waarden |
0,2 - 0,6 (bron: Siemens) |
Interpretatie |
Transporteiwit van koper in het bloed. Bij de ziekte van Wilson en het syndroom van Menkes (erfelijke stoornissen in het kopermetabolisme) zijn de ceruloplasmine concentraties gedaald, vooral bij homozygoten. Lage concentraties worden ook vastgesteld bij leverinsufficiëntie, malnutritie en het eiwitverliessyndroom. Verhoogde ceruloplasmine concentraties bij acutefase-reacties, gebruik van orale contraceptiva en zwangerschap. |
Deelname EKE |
BIO-RAD EQAS |
Accreditatie |
nee |
Aanvraagformulier |
AFAZFAB00001 Algemene aanvraagbrief voor laboratoriumtesten |
Cumulregel |
Niet met 540396-540400 (koperdosage) |
RIZIV nr |
540411-540422 ceruloplasmine + koper (met AAS) |
B-waarde |
450 |
Versiedatum |
23/08/2021 |