Basic data
Activiteitencentrum | Sint-Jan |
Database | Stolling en hemostase |
Groep | Drug monitoring |
Code | 13170 RIVA_VZ (tijdelijke verzendtest) |
Verzending | Ja |
Detail data
Lichaamsmateriaal voorkeur | Plasma |
Recipient voorkeur | Citraat |
Mininum vereiste volume | 1 ml bloed |
Analysevolume | 250 µl plasma |
Speciale afname condities | Het tijdstip van afname is cruciaal voor een correcte interpretatie van de resultaten: piekwaarden worden afgenomen 2 uur na de laatste inname, dalwaarden worden afgenomen vlak voor de volgende inname Vermeld het tijdstip onder 'Klinische gegevens' op de aanvraagbrief. De tube moet voldoende gevuld zijn (>90%), zodat de verhouding citraat en bloed gerespecteerd wordt. Tube direct na afname voorzichtig opmengen. |
Bewaarcondities en voorbehandeling | Centrifugeer 10 min aan 1600g. Bewaring op kamertemperatuur indien bepaling binnen de 4 uur wordt uitgevoerd, 2 weken op -20°C, 3 maand op -80°C. |
Acceptatiecriteria staalontvangst |
|
Acceptatiecriteria bijaanvraag |
|
Transport voorwaarden | Citraatplasma ingevroren verzenden naar UZ Gent. |
Analyse frequentie | Op aanvraag |
Antwoordtijd | 24u (weekdagen, op aanvraag) |
24/24uur | nee |
Antwoordtijd indien dringend | 6u (weekdagen, op aanvraag) |
Verantwoordelijk klinisch bioloog | Dr. Jan Emmerechts |
Uitvoerende laboratoriumdienst/afdeling | Dienst Laboratoriumgeneeskunde; Operationele Eenheid toxicologie.
Owv logistieke redenen wordt de test tijdelijk naar klinisch labo UZ Gent verstuurd voor analyse |
Techniek/methode | LC-MSMS (in UZ Gent wordt dan anti-FXa methode gebruikt) |
Mogelijke interferenties | Geen, de specifieke LC-MSMS methode maakt het mogelijk om een exacte meting van rivaroxaban uit te voeren, zelfs in aanwezigheid van andere DOAC of andere antistollingsmedicatie. |
Toestel | LC-MSMS |
Eenheid of kwalitatief | ng/ml |
Referentie waarden | Specifieke doelwaarden zijn niet beschikbaar. Te verwachten concentraties zijn afhankelijk van tijdstip van afname (piek/dal) |
Interpretatie | Rivaroxaban (Xarelto) behoort tot de groep van directe orale anticoagulantie (DOAC), en is een directe FX-inhibitor. Ten opzichte van de conventionele anticoagulantia (heparine, LMWH, vitamine K-antagonisten) hebben de DOAC bepaalde voordelen: orale inname, snelle werking, kort half-leven, voorspelbare farmacokinetiek en –dynamiek, geringer risico op interacties met voedingsbestanddelen en medicatie. Hierdoor kunnen de DOAC aan een vaste dosis gegeven worden, en is er in de meeste gevallen geen nood aan laboratoriummonitoring. Voor bepaalde indicaties, zoals bij kleine kinderen, zwangerschap, sterk afwijkend BMI, bloeding, een trombo-embolisch event, urgente chirurgische ingrepen, nierfalen, comedicatie of bij twijfel over de compliantie kan monitoring van de DOAC toch nuttig zijn. Uit de literatuur blijkt dat de routine stollingstesten ontoereikend zijn om de DOAC te monitoren, waarbij er grote verschillen zijn in gevoeligheid, afhankelijk van het gebruikte reagens. Er is geen goede correlatie tussen deze routine stollingstesten en de concentratie van de DOAC in het bloed, en de routine stollingstesten zijn hoogstens louter indicatief om over- of onderdosage te vermoeden (zie verder). Binnen de normale werkuren kan daarom een specifieke analyse voor monitoring van rivaroxaban aangevraagd worden. In urgente gevallen buiten de normale werkuren, kunnen de routine stollingstesten indicatief zijn voor eventuele onder- of overdosage: voor rivaroxaban kan best met de PT in urgentie een approximatieve indicatie bekomen worden van de antistollingsintensiteit te wijten aan de aanwezigheid van rivaroxaban. Momenteel zijn er echter geen gegevens beschikbaar die PT wijzigingen associëren met bloedingsrisico. Een normale PT sluit vermoedelijk een therapeutische antistollingsactiviteit te wijten aan rivaroxaban uit. Een verlengde PT kan hoogstens de recente inname van rivaroxaban doen vermoeden. Het terugvinden van een sterk verlengde PT juist voor de volgende inname kan wijzen op een overdosering/accumulatie. |
Deelname EKE | UK NEQAS |
Accreditatie | Nee |
Aanvraagformulier | AFAZFAB00009 Aanvraagbrief toxicologie en TDM |
Diagnoseregel | D107: -zwangerschap -<18 jaar -nierinsufficiëntie -BMI>30 of <18 -bloedingsdiathese -recidiverende tromboses onder therapie -ECMO -peri-operatief -behandeling met antidotum |
RIZIV nr | 553313-553324 (B1000) |
Versiedatum | 2/03/2023 |