Basic data
Activiteitencentrum | Sint-Jan |
Database | Speciale morfologie |
Groep | Aandoeningen van de rode bloedcellen |
Subgroep | Hemoglobinopathie |
Code | 15100 |
Verzending | Nee |
Detail data
Lichaamsmateriaal voorkeur | Volboed |
Recipient voorkeur | EDTA |
Recipient toegelaten | Lithium heparine, NaF |
Mininum vereiste volume | 2 ml |
Analysevolume | 1 ml (indien manuele methode 10µl) |
Bewaarcondities en voorbehandeling | Metingen op EDTA-volbloed blijven 3 dagen stabiel bij kamertemperatuur en max. 1 week bij koelkasttemperatuur (2-8°C). Metingen in NaF-volbloed blijven 4 tot 5 dagen stabiel bij 4°C. |
Acceptatiecriteria staalontvangst |
|
Acceptatiecriteria bijaanvraag | <1 week |
Analyse frequentie | Dagelijks |
Antwoordtijd | <24h |
24/24uur | Neen |
Verantwoordelijk klinisch bioloog | Dr. Jan Emmerechts |
Uitvoerende laboratoriumdienst/afdeling | Dienst Laboratoriumgeneeskunde; Operationele entiteit Core Lab |
Techniek/methode | HPLC |
Mogelijke interferenties | - In aanwezigheid van sommige Hb varianten kan interferentie optreden met de meting van HbF en/of HbA2. Sommige varianten hebben immers dezelfde analytische retentietijd als HbF en/of HbA2 en zullen hiermee co-elueren. De gemeten waarde van HbF en/of HbA2 kan hierdoor overschat worden. Waarden voor HbA2 hoger dan 8% worden als niet betrouwbaar aanschouwd, en wijzen op de aanwezigheid van een onderliggende variant. - De aanwezigheid van gecarbamyleerd hemoglobine (uremie/nierinsufficiëntie), geacetyleerd hemoglobine (aspirine behandeling, zwangerschap en alcoholisme) of aldehyde-Hb kan kan techniek-gerelateerde interferentie veroorzaken. Dergelijke stalen moeten soms genoodzaakt naar de firma opgestuurd worden en kunnen niet intern gemonitord worden. |
Toestel | Menarini HA-8160 |
Eenheid of kwalitatief | % |
Referentie waarden | >1 jaar : *HbA2: referentie:2,0-3,5% *HbF: 1d 77,0%+/-7,3% 5d 76,8% +/-5,8% 3w 70,0% +/-7,3% 6-9w 52,9% +/-11,0% 3-4m 23,2% +/-16% 6m 4,7% +/-2,2% 8-11m 1,6% +/-1,0% >1j <2,0% Bron: Tietz textbook of clinical chemistry. Burtis and Ashwood. 4th ed. (2006). |
Interpretatie | HbA2: Verhoogde waarden komen voor bij: *aangeboren: bèta-thalassemie, sickle cell trait en sickle cell anemie (vals verhoogd) *verworven: hyperthyroidisme, megaloblastische anemie Verlaagde waarden komen voor bij: *aangeboren: thalassemie trait en HbH ziekte *verworven: ijzerdeficiëntie, loodvergiftiging, hypothyroidisme, juveniele CMML, anemie bij chronische aandoeningen HbF: Verhoogde waarden komen voor bij: *aangeboren: bèta-thalassemie, hereditaire persistentie van HbF (1.6%-30%, afhankelijk van type), sikkelcelanemie (valsverhoogd) en andere Hb-varianten. *verworven: zwangerschap, therapie met hydroxyurea, aplastische anemie, stress erythropoiësis, myelodysplastische syndromen, paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie (PNH), pernicieuze anemie. |
Deelname EKE | Neen |
Accreditatie | Ja |
Aanvraagformulier | AFAZFAB00001 Algemene aanvraagbrief voor laboratoriumtesten (aankruisen van Opsporen en identificatie abnormaal hemoglobine, Hemoglobine A2 en/of Hemoglobine F) |
Cumulregel | 50 |
RIZIV nr | 542076/542080 |
B-waarde | 500 |
Versiedatum | 22/12/2022 |