Basic data
Activiteitencentrum | Sint-Jan |
Database | Cytogenetica van hematologische aandoeningen |
Groep | FISH - Hematologie |
Code | FISH.MM |
Verzending | Nee |
Detail data
Lichaamsmateriaal voorkeur | bloed, beenmerg, lichaamsvocht, weefsel |
Recipient voorkeur | EDTA |
Recipient toegelaten | uitstrijkjes, deppreparaat |
Mininum vereiste volume | per aangevraagde FISH test: 1 uitstrijkje, 1 deppreparaat, voor onbeperkt aantal FISH testen: 1 ml EDTA bloed of beenmerg of lichaamsvocht |
Speciale afname condities | wordt niet uitgevoerd indien patiënt > 80 jaar of indien < 10 % plasmocyten ; wordt enkel uitgevoerd indien geen DNA beschikbaar voor het uitvoeren van moleculair karyotype (CNV analyse) |
Acceptatiecriteria staalontvangst | perifeer bloed en beenmergstalen dienen binnen 24u na staalafname te worden ontvangen in het labo zodat de stalen kunnen verwerkt worden binnen de 72u na staalafname. Uitstrijkjes, deppreparaten en paraffinecoupes mogen zonder tijdslimiet worden ontvangen. |
Acceptatiecriteria bijaanvraag | Bijaanvragen kunnen onbeperkt gebeuren indien er voldoende staal beschikbaar is (zie minimum vereist staalvolume) |
Transport voorwaarden | EDTA staal binnen 24 uur na staalafname naar het laboratorium versturen; uitstrijkjes, deppreparaten, paraffinecoupes in gesloten recipient bij kamertemperatuur transporteren (geen tijdslimiet) |
Analyse frequentie | wekelijks |
Antwoordtijd | max 3 weken |
Verantwoordelijk klinisch bioloog | dr. Barbara Cauwelier |
Uitvoerende laboratoriumdienst/afdeling | Dienst Laboratoriumgeneeskunde; Operationele Eenheid Moleculaire Biologie; Werkpost FISH |
Techniek/methode | fluorescentie in situ hybridisatie CD138 selectie van plasmocyten indien >10% plasmocyten en <50% plasmocyten |
Toestel | Thermobrite/VIP2000 |
Eenheid of kwalitatief | afwezig / aanwezig in % van plasmocyten (na selectie) of van interfasekernen (zonder selectie) |
Referentie waarden | afwezig |
Interpretatie | Interstitiele deleties en monosomie voor chr.13 (50% van de MM) zijn geassocieerd met een kortere overleving indien samen met andere genetische afwijkingen. Deleties van het TP53-gen zijn geassocieerd met een ongunstige prognose. Hyperdiploïde (>50 chromosomen) MM zouden een betere totale overleving kennen dan niet-hyperdiploïde MM en treft vooral de chromosomen 5, 11, 9 en 15. Translocatie t(4;14) komt voor in MM (15-20%), plasmacel leukemie en MGUS. Ongunstige prognose. Deletie 1p36 en amplificatie 1q21 komt voor in 20-30% van de MM en vormt een ongunstige prognostische factor. Bij afwijkend patroon voor t(4;14) suggestief voor IgH herschikking, wordt bijkomend de (8;14)/cMYC, t(11;14)/ BCL1, t(14;16)/cMAF herschikking opgespoord. Het resultaat wordt weergegeven in percentage van de interfasekernen ; er worden 100 kernen geanalyseerd en het resultaat wordt geinterpreteerd volgens de cut-off waarde van de probe. |
Deelname EKE | UKNEQAS for clinical cytogenetics |
Accreditatie | Geaccrediteerd volgens norm NBN EN ISO15189:2012 (379-MED) |
Aanvraagformulier | AFAZFAB00005 Aanvraagbrief voor speciale hematologie |
RIZIV nr | 588453-588464;588571-588582 |
B-waarde | B3000 |
Versiedatum | 9/08/2023 |