Wetenschappelijk onderzoek
In behandeling van rectumkanker scoren we bij de top in Vlaanderen
Darm- en rectumkanker is een van de meest voorkomende kankers in België. Dr. Tom Feryn is onze specialist ter zake. Hij zet zich al meer dan vijftien jaar in om de zorgkwaliteit van patiënten met rectumkanker in België te verbeteren. Dit pionierswerk loont: wie zich op campus Sint-Jan laat behandelen voor rectumkanker, heeft volgens recent wetenschappelijk onderzoek een hogere kans op een succesvolle behandeling en betere overlevingskansen.
Het rectum of de endeldarm bestaat uit het laatste deel van de dikke darm, net voor de aars. Kanker aan de dikke darm is de meest voorkomende kanker na long- en prostaatkanker bij mannen en borstkanker bij vrouwen. Ongeveer 30% van de dikke darmkankers bevindt zich in het rectum. Jaarlijks krijgen meer dan 1.500 mensen de diagnose van rectumkanker. De aandoening treft vooral de leeftijdsgroep van 50-plussers. Rectumkanker komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. De behandeling omvat in de meeste gevallen een chirurgische verwijdering van de tumor, al dan niet voorafgegaan of gevolgd door bestraling en/of chemotherapie.
Nood aan kwaliteitscriteria en uniforme aanpak
Samen met een aantal vooraanstaande Belgische kankerspecialisten richtte dr. Feryn in 2004 een nationaal multidisciplinair platform op: PROCARE, wat staat voor PROject on Cancer of the REctum. Dit platform heeft als doelstelling de kwaliteit van rectale kankerzorg in België te verbeteren en werkt samen met het Federaal Kenniscentrum voor Gezondheidszorg (KCE). Programmapunten zijn onder meer standaardisatie in de behandeling van rectumkanker en registratie van de overlevingskansen voor patiënten.
De aanpak van rectale kanker vergt een specifieke expertise van geneesheer-specialisten uit verschillende specialismen. De bundeling van de expertise van de gastro-enteroloog, de radioloog, de chirurg, de oncoloog, de radiotherapeut, de patholoog en de anesthesist maakt dat een behandeling succesvol verloopt. Het mag duidelijk zijn dat rectumkanker een complexe aandoening is.
Campus Sint-Jan scoort 6,4 % beter dan Vlaams gemiddelde
In februari 2017 maakte het Vlaams Indicatorenproject (Vip²) de cijfers van rectumkanker publiek. Deze meting vergelijkt 137 patiënten die in periode van 2009 tot 2011 op campus Sint-Jan behandeld werden voor rectumkanker met rectumkankerpatiënten uit andere Vlaamse ziekenhuizen.
Een opvallende vaststelling is dat maar liefst 84,5% vijf jaar na de operatie voor rectumkanker nog steeds in leven is, terwijl het gemiddelde in de Vlaamse ziekenhuizen 78,1 % bedraagt. Wie in Brugge behandeld wordt, heeft dus meer kans op een succesvolle behandeling.
Nog beter doet ons ziekenhuis het in de meting van de toestand van de patiënt in de maand na de operatie. In Vlaanderen overlijden gemiddeld 2,2% van de patiënten in de loop van de maand na de operatie, op campus Sint-Jan overleed er geen enkele patiënt in de gemeten periode. Ons ziekenhuis toonde op basis van de gegevens uit de PROCARE databank zeven jaar geleden trouwens ook al goede resultaten in de overlevingskans na de behandeling van rectumkanker.
Complicaties verminderen
Vaak resulteert rectumkanker in de plaatsing van een stoma. Voor patiënten betekent dit een grote verandering in hun leven. In ons ziekenhuis ligt dit aantal opnieuw beduidend lager dan in andere ziekenhuizen: slechts de helft van de patiënten kreeg een stoma geplaatst.
Nog een andere complicatie is de zogenaamde lekkage van de darmnaad (de anastomose). In geval van zo’n complicatie moet vaak een nieuwe operatie uitgevoerd worden om de anastomose los te maken en een stoma aan te leggen. Het Europees gemiddelde van het aantal lekkages bedraagt 10 tot 12%, maar op campus Sint-Jan slaagde dr. Feryn erin de ratio te verminderen tot 1,6%.
Complexe behandeling
De behandeling van rectumkanker zit nog in volle vooruitgang. Daar waar de chirurg klassiek een openbuikoperatie (laparotomie) toepaste, bekijkt deze nu de mogelijkheden om met minimaal invasieve technieken te werken. Dat zijn technieken waarbij de insnede zo klein mogelijk gehouden wordt (zoals laparoscopie en robotchirurgie). De arts moet telkens de afweging maken wat bij de patiënt het beste resultaat zal geven. Dat is niet eenvoudig. Een multidisciplinair team bestudeert alles minutieus en neemt alle factoren in overweging om de aanbevelingen vervolgens met de patiënt te bespreken.
Volgens dr. Feryn is de essentie van goede kankerzorg net het feit dat verschillende specialisten samenwerken op een doorgedreven manier. Op jaarbasis worden er op campus Sint-Jan 25 tot 30 patiënten met rectumkanker geopereerd.
Kwaliteitsvolle zorg blijft een uitdaging voor elk ziekenhuis, het is een mix van betrokkenheid bij de individuele situatie van de patiënt, expertise en samenwerking met verschillende specialisten. De cijfers tonen aan dat de aanpak van ons ziekenhuis voor de patiënt niet alleen een betere levenskwaliteit oplevert, maar ook de kans op een langer leven aanzienlijk vergroot.