Back to top

Psychologische begeleiding

Op campus Sint-Jan kan u terecht voor diverse therapeutische programma’s:

 

Bariatrische Heelkunde

Voor wie

Obesitas is een chronische ziekte waarbij de overmaat aan lichaamsvet de gezondheid kan schaden en kan leiden tot de ontwikkeling van onder andere diabetes, hart- en vaatlijden, slaapapneu en hypertensie. Hierdoor lopen mensen met ernstige zwaarlijvigheid het risico op voortijdig overlijden.

Men is internationaal tot een consensus gekomen dat men kan spreken over morbide obesitas vanaf een Body Mass Index (BMI= lichaamsgewicht in kg gedeeld door het kwadraat van de lichaamslengte in cm) boven de 40 kg/m2. Ook mensen met een BMI van 35, maar met diabetes, komen in aanmerking voor dergelijke ingrepen.

Voor mensen die zich in deze gewichtsklasse bevinden, is aangetoond dat bariatrische ingrepen kunnen helpen om voldoende gewicht te verliezen en om dit ook gedurende lange tijd in stand te houden. Ondanks de nadelen van deze ingrepen is ondertussen aangetoond dat de kans op sterfte sterk vermindert en de levenskwaliteit aanzienlijk verbetert.

Wat men vaak uit het oog verliest is dat wie zo'n operatie ondergaat ook levenslang een ander, aan de ingreep aangepast, gedragspatroon moet aannemen. Voor wie dit ‘gezonde gedrag’ niet kan of niet wil aanhouden is de ingreep eerder een gesel dan een zegen. Het spreekt voor zich dat men patiënten slechts zal opereren als het gezonde gedragspatroon zich voor en na de ingreep kan ontwikkelen.

Vandaar dat een onderzoek bij de psycholoog een essentieel onderdeel is van de preoperatieve evaluatie. Om terugbetaling te krijgen moet immers een multidisciplinair gunstig advies geformuleerd worden door een chirurg, een endocrinoloog of internist en een klinisch psycholoog.

Bij een zeer kleine groep mensen ontstaan na de ingreep, soms om niet voorspelbare redenen, opnieuw eetproblemen, die dan zeker strikte behandeling en psychologische begeleiding verdienen.

Vergeet ook de alternatieven voor een bariatrische ingreep niet! Ook voor mensen die willen of moeten vermageren, maar niet kiezen voor een heelkundige benadering, heeft de psychologie een aanbod. Ook dan is een aanpassing van het gedragspatroon en/of het werken aan psychische problemen die een gezondere leefwijze in de weg staan van het grootste belang.

Werking

De psycholoog ziet de kandidaten voor een gastric bypass in de periode voorafgaand aan de ingreep gedurende een uur. De partner mag daarbij aanwezig zijn.

We voeren een uitvoerig gesprek met de patiënt, waarin ook psycho-educatieve elementen aan bod komen. We gaan in op de gedragsmatige aspecten van overgewicht en op de noodzakelijke gedragsveranderingen na de operatie.

Voorbereiding

U kunt zich op dit gesprek niet voorbereiden.

Er lopen enkele studies, waarvoor we u mogelijk vragen om een of meerdere vragenlijsten in te vullen. Breng in elk geval uw leesbril mee als u die nodig hebt om te lezen.

Wachttijden

Er kan een wachttijd zijn van een maand. De evaluatie gebeurt in elk geval voorafgaand aan uw ingreep en u krijgt onmiddellijk feedback over het onderzoeksresultaat.

Aanmelding

De aanmelding gebeurt via de raadpleging Heelkunde. Afspraken maken gebeurt standaard tijdens een van uw onderzoeken op de raadpleging Algemene, Kinder- en Vaatheelkunde. Het secretariaat regelt dan samen met u een passende afspraak.

Prijs

De kostprijs is afhankelijk van de aard van de interventies en/of onderzoeken en van de tijdsinvestering.  U kunt de kostprijs steeds opvragen op het secretariaat van de dienst: 050 45 24 70.

Meer weten?

Op de website Centrum voor Obesitaschirurgie vindt u meer informatie.

Beroertezorg

Inleiding

Elke dag krijgen in ons land een 50-tal mensen een cerebrovasculair accident (CVA). Andere benamingen hiervoor zijn beroerte, attaque of stroke. Een CVA is een verstoring in de doorbloeding van de hersenen waardoor hersenweefsel beschadigd wordt. De ernst van de beschadiging is afhankelijk van de hoeveelheid aangetast hersenweefsel en de plaats van het letsel.

De symptomen zijn afhankelijk van de plaats van het letsel en kunnen blijvend of van voorbijgaande aard zijn. Wanneer de symptomen opnieuw volledig verdwijnen, spreken we van een transient ischaemic attack (TIA).

Patiënten met een beroerte worden steeds opgenomen op de zogenaamde 'stroke unit'.  De Eenheid voor Beroertezorg bestaat sedert 16 februari 1998. Deze eenheid maakt deel uit van de dienst Neurologie.

Patiënten die zich in het ziekenhuis aanbieden met een beroerte worden in een aangepaste ruimte voor intensieve observatie en behandeling opgenomen. Zo mogelijk wordt trombolyse toegepast.

Door opname op de stroke unit kan het medisch team snel een diagnose stellen en kan een behandeling starten.  Door de continue observatie van vitale parameters (bloeddruk, hartfrequentie, zuurstof, enz.) kunnen eventuele complicaties vroegtijdig worden herkend en behandeld. Hierdoor kunnen we de revalidatie dan ook sneller opstarten.  De multidisciplinaire verzorging en revalidatie, kenmerkend voor deze dienst, verloopt via een klinisch zorgenpad voor beroertezorg, aangepast aan de specifieke noden van iedere patiënt.

Als de toestand van de patiënt gestabiliseerd is, wordt er voor hen een kamer op de hospitalisatieafdeling Neurologie voorbehouden. In de postacute fase wordt een individueel revalidatieschema opgesteld.

Patiënten met een beroerte worden tijdens de opname ook gezien door een van de neuropsychologen. Zij dragen aan de hand van neuropsychologisch onderzoek, therapeutische adviezen, cognitieve revalidatie of training en de begeleiding van de patiënt en/of familie bij tot de re-integratie van de patiënt. 

Bij de opname van een patiënt op de stroke unit wordt aan de patiënt en/of de familie een folder bezorgd met informatie over de aandoening en over het verloop van de acute behandeling en van de revalidatie. In deze folder is ook informatie te vinden over de rol van de psycholoog.

Cognitieve training

Voor wie

Een paar levensfragmenten:

  • Peter heeft de indruk dat hij zich minder goed kan concentreren dan vroeger. Hij komt moeilijk op namen en lijkt afspraken maar niet goed te kunnen onthouden. Een jaar geleden had hij een hersenschudding en sindsdien lijkt hij er mentaal maar niet echt bovenop te komen.
  • Françoise, moeder van twee jonge kinderen, kreeg meer dan een jaar geleden een hersenbloeding. Ze was eerst verlamd aan haar linkerhand, maar die verlamming is zo goed als verdwenen. Toch blijft ze moeite hebben om haar huishouden te organiseren. Haar man Laurenz heeft het moeilijk om de situatie het hoofd te bieden.
  • Wim leidt een stressvol leven. Hij heeft de indruk dat hij er af en toe niet helemaal bij is: hij vergeet belangrijke afspraken, zelfs al staan ze in zijn agenda genoteerd, en bij het autorijden moet hij zichzelf bij de les houden, anders dwaalt zijn aandacht af. 

Doelstelling

De bedoeling van deze training is voornamelijk inzicht vergroten en bewust strategieën ontwikkelen om met cognitieve problemen om te gaan.

Thema's die aan bod kunnen komen zijn:

  • Aandacht en concentratie
  • Geheugen
  • Planning en organisatie
  • Verwerking van de gevolgen van de verandering in eigen functioneren
  • De manier waarop de omgeving omgaat met de veranderde situatie

Werking

Verschillende aspecten komen aan bod aan de hand van:

  • Begrijpbare uitleg
  • Oefeningen, zowel met papier en potlood als op computer

Overleg en gespreksbegeleiding gebeurt, wanneer dit nodig en/of wenselijk is. Soms geven we taken voor thuis mee om samenhang met de thuissituatie te creëren en de overgang daarmee zo goed mogelijk te laten verlopen.

Het gaat om individuele begeleiding. De frequentie en het aantal is afhankelijk van de situatie, de problematiek en de draagkracht van de patiënt.

In de brochure leest u hier meer over.

Aanmelding

Deze training kan u op eigen initiatief volgen of op doorverwijzing van uw behandelende neuroloog, uw huisarts, een neuropsycholoog of een andere zorgverlener.
Afhankelijk van de situatie kan een inleidend gesprek en/of een neuropsychologisch onderzoek wenselijk en/of noodzakelijk zijn, indien dit nog niet gebeurd is.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Dagcentrum psychiatrie 

Voor wie

Patiënten met stemmingsstoornissen, angststoornissen, relationele moeilijkheden, middelenmisbruik en -afhankelijkheid. 

Werking

Het dagcentrum biedt een behandeling die het midden houdt tussen een ziekenhuisopname en ambulante begeleiding. U kan er terecht als tussenstap na een opname, maar ook wanneer hospitalisatie niet nodig of niet mogelijk is. Het programma bestaat uit een combinatie van gesprekstherapie (individueel of in groep), beweging en ergotherapie.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

Diabetes

Diabetes mellitus

Te horen krijgen dat men lijdt aan diabetes mellitus kan bepaalde vragen en emoties oproepen. Men kan moeite hebben om de ziekte te aanvaarden, o.a. doordat diabetes niet bij het zelfbeeld past en/of men heeft moeite met het feit dat diabetes de persoonlijke vrijheid een stuk beperkt. Ook mensen die reeds jaren lijden aan deze ziekte kunnen het moeilijk krijgen om de zelfcontrole vol te houden. Angst voor hypo's of complicaties, of frustraties omdat het moeilijk lukt om de bloedglucose stabiel te houden komen vrij frequent voor.
In overleg met de patiënt kan men dan door de endocrinoloog worden doorverwezen.
We inventariseren de problematiek en trachten bij te sturen waar nodig. Vaak proberen we te werken naar gedragsverandering zodanig dat de zelfzorg opnieuw, of voor het eerst, serieus wordt genomen. We kijken naar knelpunten en trachten deze waar mogelijk te veranderen.
Met ondersteuning is de zelfdiscipline vaak gemakkelijker vol te houden.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact met opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

EPSI

Inleiding

‘EPSI’ staat voor Eenheid voor Psychiatrische Spoed Interventie. Het gaat om een autonome dienst die instaat voor de opvang van psychiatrische crisissituaties.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact met opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

Familiegroep C

Doelstelling

De familiegroep wil binnen de C-groep, een bestaand groepstherapieprogramma rond verslavingsproblematiek, een gespreksgroep organiseren met familieleden of mensen uit de onmiddellijke omgeving van het groepslid.

De familiegroep streeft volgende doelstellingen na:

  • Informatie uitwisselen
  • Ondersteuning bieden aan de groepsleden en hun familie
  • Tips geven over hoe een preventieve aanpak mogelijk is
  • Manieren ontdekken hoe u ermee kan omgaan
  • Bij anderen erkenning van uw eigen situatie krijgen

Familieleden of belangrijke mensen uit de omgeving van een groepslid die willen deelnemen kunnen altijd aansluiten. Van groepsleden die opgenomen zijn verwachten we dat ze deelnemen aan de familiegroep, want het is een onderdeel van de C-groep. Ook mensen die geen of weinig familieleden hebben nodigen we graag uit om deel te nemen aan de familiegroep.

Werking

Er zijn verschillende sessies die verschillende items aansnijden:

  • Familiegroep 1: uitleg over wat verslaving is en de gevolgen ervan
  • Familiegroep 2: E.H.B.O.-kit
  • Familiegroep 3: het gebruik als gewoonte en nabespreking
  • Familiegroep 4: wat is herval, wanneer is er herval en hoe ermee omgaan?
  • Familiegroep 5: vertrouwen en waarom 6 maanden niets drinken?
  • Familiegroep 6: terugkomavond met vrij onderwerp

Prijs

De ambulante patiënten en iedereen die de zitting volgt, bezorgen telkens hun persoonlijke ziekenhuisbadge (vooraf aan het onthaal te laten maken) aan de therapeut in de groep. Na een aantal weken ontvangt u dan een factuur van het ziekenhuis voor het ereloon van de groepstherapie. Deze wordt telkens gedeeltelijk terugbetaald door uw mutualiteit. 

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact met opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

Deze informatie vindt u ook in de brochure Familiegroep C.

Familiegroep X

Voor wie

Volwassenen met relatieproblemen, een laag zelfwaardegevoel of andere problemen die te maken hebben met de omgang met anderen. 

Voor u de groep start is het belangrijk een doelstelling te bepalen. Wat wil u bereiken? Wat wil u veranderd zien opdat u weer verder kunt? In de week voor u de groep start bepaalt u in samenspraak met uw volgverpleegkundige een haalbaar doel.

Doelstelling

Groep X is een therapiegroep met een gevarieerd weekprogramma, dat bestaat uit gespreksgroepen, ergotherapie en bewegingstherapie. 

Eén keer per week kunt u uw familie of mensen die belangrijk voor u zijn meebrengen naar de groep. Ook als u geen of weinig familie hebt nodigen we u graag uit.

De bedoeling van de familiegroep is tweeledig. Enerzijds willen we ruimte bieden voor vragen, bekommernissen of irritaties die leven bij de familie. Anderzijds is het zo dat de familie de patiënt vaak het beste kent, en is het daarom relevant om informatie uit te wisselen.

Werking

Door zes weken lang intensief met een groep mensen samen te werken, biedt de groep een kans om op relatief korte tijd een 'nieuwe' visie te krijgen op 'oude' problemen. De groep functioneert eigenlijk als een 'maatschappij in het klein', met dat verschil dat we duidelijk werken rond de omgangswijze met de ander. We doen dit aan de hand van thema's, zoals:

  • Ieder zijn waarheid: hoe kunt u de dingen vanuit een ander perspectief bekijken?
  • Loyauteit: wat is loyauteit, wat zijn 'bloedbanden' en welke rol spelen ze in uw leven?
  • Circulariteit: hoe beïnvloeden mensen elkaar?
  • Emoties: welke emoties bestaan er en hoe kunt u die hanteren?
  • Denken en doen: wat is er nodig om gedachten en plannen om te zetten in daden?
  • Conflicthantering: wat doet u met conflicten?

De manier van werken is toekomst- en oplossingsgericht.

Tijdsduur

De groep duurt zeven weken. Na zeven weken volgt een evaluatie: in hoeverre heeft u uw doel bereikt? Als u vindt dat u uw doel nog niet of slechts gedeeltelijk hebt bereikt, kunt u in samenspraak met de therapeuten eventueel opnieuw een cyclus volgen. 

Prijs

Als u opgenomen bent, maakt de familiegroep deel uit van uw therapie en dienen enkel de mensen die u meebrengt te betalen. Als u niet (meer) opgenomen bent, betaalt u het consult voor een groepstherapie.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact met opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

Deze informatie vindt u ook in de brochure Familiegroep X.

Geriatrie-ouderenzorg

Inleiding

Binnen de ouderenzorg staat de zorg voor de geriatrische patiënt centraal. De patiënt wordt benaderd vanuit een bio-psycho-sociaal model, waarbij aandacht is voor de verschillende disciplines. Verschillende consultaties of onderzoeken kunnen aangewezen zijn (vb. hersenscan, gesprek geriater, ..). Vanuit de klinische psychologie is er de focus op de (neuro)psychologische aspecten die het functioneren van patiënten beïnvloeden. Dit gebeurt aan de hand van een neuropsychologisch onderzoek en/of een psychologisch consult. De cognitieve toestand, zorgverlening en begeleiding van de patiënt in het verouderingsproces staan centraal.

Gang van zaken

Wij worden ingeschakeld voor een neuropsychologisch testonderzoek bij gehospitaliseerde patiënten op de geriatrie-afdelingen, ambulante patiënten (verwezen door neuroloog, geriater, psychiater of huisarts), patiënten die consulteren via het geriatrisch dagziekenhuis en de geheugenkliniek alsook bij patiënten die gevolgd worden door de interne liaison. Er wordt steeds getracht zo snel mogelijk op de hulpvraag in te gaan. De hulpverlening voor opgenomen patiënten staat hierbij centraal en bijgevolg kan er soms een wachttijd ontstaan voor ambulante patiënten.

Voor opgenomen patiënten wordt de verplaatsing van en naar de psycholoog intern geregeld. Bij ambulante afspraken wordt telefonisch met u afgesproken waar u zich kunt aanmelden.

Om informatie te verzamelen over de huidige cognitieve toestand van een patiënt worden verschillende testen afgenomen. Deze uiteenlopende testen hebben tot doel een zicht te krijgen op het geheugen, aandacht, mentale flexibiliteit, … .

Onderzoek

Een neuropsychologisch onderzoek is eenmalig en duurt gemiddeld 1u30 à 2u.
U kunt zich hier niet op voorbereiden. Wel kan het belangrijk zijn dat u uw leesbril of gehoorapparaat bij hebt, zodat zicht- of gehoormoeilijkheden de testafname zo min mogelijk beïnvloeden.

Het onderzoek vangt aan met een klinisch interview (anamnese) waarbij de psycholoog u algemene vragen stelt over de (cognitieve) klachten, uw voorgeschiedenis, de sociaal-familiale omstandigheden en het algemeen dagelijks functioneren. Indien uw familie aanwezig is, kunnen zij hiertoe ook uitgenodigd worden, bijvoorbeeld in het kader van dementie.

Wanneer het interview is afgelopen vangt de testfase aan. Dit gebeurt enkel in aanwezigheid van u en de psycholoog. De psycholoog stelt u vragen en presenteert u opdrachten, zoals deze aan iedere persoon van uw leeftijd worden voorgesteld. Op basis van de testen krijgt de psycholoog een zicht op uw huidig cognitief functioneren (geheugen, aandacht, oriëntatie, taal). Een stoornis op een of meerdere van deze functies wordt bekeken in het globaal beeld van uw functioneren, waarbij aandacht is voor alle beïnvloedende factoren, zoals uw stemming, ingrijpende gebeurtenissen, invloed van medicatie of alcohol, …

Alle informatie (resultaten, bevindingen en advies) wordt door de psycholoog gebundeld en, via een schriftelijk verslag, gerapporteerd aan uw arts in het ziekenhuis. Uw arts zal met u een afspraak voorzien om de bevindingen mee te delen.

Behandeling

Indien verdere psychologische begeleiding van patiënt of omgeving is aangewezen, wordt u - hetzij intern, hetzij extern - doorverwezen naar de geschikte hulpverlener.

Prijs

De kostprijs is afhankelijk van de aard van de interventies en/of onderzoeken en is afhankelijk van de tijdsinvestering.  U kunt de kostprijs steeds opvragen op het secretariaat van de dienst: 050 45 24 70. 

Voor het eerste neuropsychologisch onderzoek, in het kader van een dementeringsonderzoek, is voor ambulante patiënten onder bepaalde omstandigheden terugbetaling door het ziekenfonds mogelijk. 

De factuur wordt toegevoegd aan uw ziekenhuisfactuur en wordt later naar u thuis opgestuurd.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact met opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

Meer informatie

De volgende links bevatten nuttige informatie:

www.omgaanmetdementie.be

www.dementievriendelijkbrugge.be

www.azbrugge.be/geheugenkliniek

Hartrevalidatie

Inleiding

Het onverwacht krijgen van een hartaandoening kan zowel lichamelijk als psychisch grote veranderingen met zich meebrengen. Van zodra de acute behandelingsfase achter de rug is of na een periode van noodzakelijke/ relatieve rust, wordt u een multidisciplinair programma van cardiale revalidatie voorgesteld. Onderzoek heeft aangetoond dat programma's van cardiale revalidatie, het herstel na een hartaandoening en de gezondheid in het algemeen, verbeteren.
Een multidisciplinaire aanpak in de cardiale revalidatie betekent dat niet alleen een hartspecialist erbij betrokken is, maar een volledig team van artsen, kinesitherapeuten, psychologen, diëtisten en maatschappelijk werkers. Het is hierbij de bedoeling het risicoprofiel van de patiënt zo goed mogelijk in kaart te brengen, zodat voor elke patiënt een individueel revalidatieprogramma kan opgesteld worden.

Als psycholoog proberen we in een eerste verkennend intake-gesprek na te gaan hoe u uw hartincident beleefd hebt. Een hartaandoening kan immers een ingrijpende ervaring zijn en het vraagt tijd om deze te verwerken. Sommige mensen hebben last van angst, onzekerheid, moedeloosheid,… Wij kunnen u ondersteunen bij dit verwerkingsproces.

Daarnaast bespreken we uw levensstijl en gaan we, mede aan de hand van een aantal gestandaardiseerde vragenlijsten, na of er psychologische risicofactoren aanwezig zijn, die de kans op een nieuw hartincident verhogen.

Tijdens een tweede gesprek worden de resultaten besproken en worden de (eventuele) werkpunten vastgelegd.

Tijdens een verdere ambulante psychologische begeleiding kan onder meer een rookstopprogramma gevolgd worden en/ of kunnen er bijvoorbeeld nieuwe vormen van stresshantering aangeleerd worden...

De psychologische consultaties worden net als de andere consultaties binnen het cardiaal revalidatieprogramma grotendeels terugbetaald door de ziekteverzekering.

Prijs

Patiënten betalen een dagprijs voor de revalidatie. 

Alle onderzoeken en behandelingen worden op de revalidatiedagen gepland en maken deel uit van de dagprijs. 

Wachttijd

Er is in de regel geen echte wachttijd. Bij inschrijving in het revalidatieprogramma krijgt u alle afspraken op papier.

Onderzoeken

Men kan zich op deze onderzoeken niet voorbereiden.

Breng zeker uw leesbril mee, wanneer dat voor u noodzakelijk is.

Hoe contact met ons opnemen

U kan contact met opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70

Hemianopsietraining

Patiënten met een gezichtsveldproblematiek ervaren problemen in het dagelijks leven bij ondermeer lezen, zich oriënteren, zich verplaatsen te voet, met de fiets, wagen, …

Oculaire compensatietraining leert patiënten een strategie aan om deze beperkingen als het ware te omzeilen, te verminderen. Voldoende intacte cognitieve functies zijn een voorwaarde om deze training succesvol te kunnen volgen. Deze training gebeurt in samenwerking met de revalidatie (ergotherapie, kinesitherapie) en neurologie.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

HIV

Er is aangetoond dat psychosociale stress bij mensen met HIV gepaard gaat met negatief gezondheidsgedrag (zwakkere therapietrouw, meer onveilige seks,…). Om uiteenlopende redenen (emotionele moeilijkheden bij het krijgen van de diagnose of op het moment van de opstart van de medicatie, vragen ivm disclosure, depressieve stemming, …) kunnen HIV-patiënten beroep doen op een psycholoog voor kortdurende begeleiding of meer intensieve psychotherapie. Bij vermoeden van (HIV-geassocieerde) cognitieve stoornissen kan een neuropsychologisch onderzoek worden uitgevoerd.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Infanttherapie

Voor wie

Vanuit een ‘infant mental health’-visie bieden wij zorg voor de allerkleinsten, vanaf conceptie tot vijf jaar. Veel ouders hebben heel wat vragen omtrent het gedrag, de ontwikkeling van en omgang met hun baby's en peuters. Die vragen gaan vaak over voeding, eetmoeilijkheden, slaap- en waakregulatie, ontroostbaar huilen en lichamelijke klachten. Als er veel vragen zijn, bieden we - al dan niet in samenspraak met de verwijzende arts of kinderarts - meestal een kortdurende hulp aan voor ouders en hun baby of peuter.

Waarom

De tijd tussen het moment dat een moeder ontdekt dat ze zwanger is en de eerste glimlach van de baby is er een van crisis én kansen. Er grijpt een enorme verandering plaats voor de moeder en daarnaast betekent het de start van het leven voor de baby. De periode van de zwangerschap, de geboorte en de eerste levensjaren, is dus een kwetsbare periode. De kans is groot dat de betrokkenen oude patronen met betrekking tot relaties en intimiteit herhalen, maar het zit ook vol mogelijkheden voor verandering. Dit maakt het voor ons, als hulpverleners, een uitgelezen moment om samen aan de slag te gaan.

Wat is de ‘Infant Mental Health’ (IMH)-visie?

Baby's hebben een enorm vermogen om nieuwe dingen te leren. De manier waarop de vroege ouder-baby relatie zich vormt, bepaalt in zeer grote mate de wijze waarop erfelijke en fysieke factoren in het gedrag en de ontwikkeling van het kind tot uiting zullen komen. De band tussen de baby en zijn ouders is daarom de belangrijkste focus in de IMH-visie, net zoals de hechte relaties die de baby al vroeg gaat uitbouwen met belangrijke mensen uit zijn omgeving. 

Om vroege relationele verstoringen en ontwikkelingsproblemen te herkennen is een scherp beeld nodig van het ingewikkelde karakter van de wederzijdse beïnvloeding tussen baby en ouder en de processen die daarbij komen kijken. Deze doelgroep vraagt daarom om een zeer specifieke benadering, bij voorkeur vanuit een goede samenwerking tussen verschillende disciplines.

Wachttijden

Omwille van de jonge leeftijd en de druk op de ontwikkeling proberen we een korte wachttijd te garanderen.

Tijdsduur

Vele van deze therapeutische tussenkomsten kunnen van korte duur zijn: enkele sessies, enkele weken…  Regelmatig zien we ouders en kinderen terug, enkele maanden of zelfs jaren na de consultaties. Ze willen graag weten of ze het nu goed aanpakken of ondervinden opnieuw problemen.  

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Kinderpsychologie Algemeen Ziekenhuis

Voor wie

De zorg voor kinderen vanuit de dienst Klinische Psychologie richt zich tot kinderen - en hun ouders - van 0 tot 18 jaar, zowel opgenomen als ambulante patiënten.

Kennis en specialisatie op psychodiagnostisch en psychotherapeutisch vlak gaat voornamelijk uit naar medische of lichamelijk gerelateerde problematiek.

Werking

Vaak nodigen we ouders en hun kind samen uit voor een eerste gesprek. Tijdens dit gesprek bekijken we de hulpvraag van nabij. Op basis daarvan beslissen we gezamenlijk of verder psychodiagnostisch onderzoek van het kind op de dienst zinvol is. Op deze onderzoeken is het kind meestal alleen aanwezig. We plannen deze vaak op verschillende momenten. Daarna bespreken we de resultaten van het onderzoek met de ouders en hun kind. Jonge kinderen onder de drie jaar zien we in psychodiagnostisch onderzoek steeds samen met hun ouders. In geval van echtscheiding betrekken we de beide ouders - al dan niet apart - bij de hulpverlening.

We beslissen in overleg of een psychotherapeutisch aanbod zinvol kan zijn. Het kan gaan om:

  • Ouder-kind-therapie
  • Individuele speltherapie en ouderbegeleiding
  • Gesprekstherapie
  • Gezinsbegeleiding
  • Psycho-educatie
  • Relaxatie

Samenwerking

Met de verwijzende artsen en/ of verpleegkundigen en paramedici of verwijzende instanties buiten het ziekenhuis streven we overleg en samenwerking na, steeds met het akkoord van de ouders en het kind.

We sturen ook een verslag door naar de verwijzers of hulpverleners als de ouders en het kind daarmee akkoord gaan.

We versturen geen verslagen in het kader van een juridische strijd.

Binnen het AZ. Sintt-Jan Brugge-Oostende AV bestaan er intense samenwerkingsverbanden met deze ambulante en opnameafdelingen:

Maternele Intensieve Zorgen
Gynaecologie
Neonatologie
Intensieve zorgen
Spoedopname
Neurologie
Kinderziekten
Kinder- en Jeugdpsychiatrie

De rechten van het kind inzake behandeling

  • Tot 12 jaar: worden de rechten van kinderen uitgeoefend door hun wettelijke vertegenwoordigers en hebben deze toestemmingsrecht inzake behandeling van de minderjarigen.
  • Vanaf 12 jaar: hebben kinderen, naast het toestemmingrecht van hun wettelijke vertegenwoordigers, ook een eigen toestemmingsrecht en zal de psycholoog zoveel mogelijk rekening houden met de keuzes van de minderjarigen.
  • Vanaf 16 jaar: hebben jongeren het recht op een eigen filosofische overtuiging, een eigen seksueel leven en medisch beroepsgeheim.

In de praktijk streven we er echter steeds naar zowel de keuzes van de minderjarigen als de familiale context te betrekken in de behandeling.

Wachttijden

De zorg voor de opgenomen kinderen heeft steeds voorrang. Hierdoor kunnen wachttijden voor ambulante hulpverlening uitlopen.

Beroepsgeheim

Zowel ouders als kind hebben recht op onze geheimhoudingsplicht.
Dit wil zeggen dat datgene wat het kind of (een van) de ouders ons toevertrouwen ook niet meegedeeld wordt aan de ouders, het kind of de andere ouder.
We delen wel onze zorg, visie en ons therapeutisch voorstel.
Wanneer hulpverlening niet op gang kan gezet worden en er ongerustheid is omtrent de veiligheid of fysische en psychische integriteit van het kind, is de psycholoog wel wettelijk genoodzaakt andere instanties te raadplegen of te verwittigen.

Tijdsduur

We stemmen de frequentie en de duur van de therapie af op de problematiek.

Prijs

De kostprijs is afhankelijk van de aard van de tussenkomsten en/of onderzoeken en van de tijdsinvestering.  U kunt de kostprijs steeds opvragen op het secretariaat van de dienst, t: 050 45 24 70.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Mindfulnesstraining

Voor wie

In deze volgende situaties kan een mindfulnesstraining u helpen:

  • Wanneer u in een herstelfase verkeert van een depressie
  • Wanneer u lijdt aan stress of een chronische ziekte

Of wanneer u bereid bent nieuwe vaardigheden aan te leren en u daar de nodige tijd voor wil vrijmaken.

Wat is mindfulness?

Mindfulness is een training die oosterse meditatietechnieken combineert met cognitieve psychotherapie. Oorspronkelijk werd ze ontwikkeld voor mensen met onbehandelbare pijn. Later ontdekte men dat de training evengoed werkt als preventie voor depressie, omgang met stress, angst of chronische ziekte.

Werking

Hoe komt het dat de ene mens meer stress ervaart dan de ander? Wat maakt iemand kwetsbaar?
Veel heeft te maken met gewoonte. Mensen ontwikkelen gewoontes om te kunnen omgaan met de complexe realiteit die hen omringt. Gewoontes zijn vaak onbewust. Daar is niets mis mee zolang deze gewoontes doelmatig zijn en afgestemd op de realiteit, maar het kan problematisch worden zodra negatieve gedachten en gevoelens een gewoonte worden.

Mindfulness leert u vooreerst bewust te worden van dergelijke gewoontes. Meer nog, u leert contact te maken met de werkelijkheid zoals ze is en niet zoals u ze maakt. Dit schept vrijheid in denken en doen, maar het gaat niet vanzelf. Daarvoor is mildheid nodig en vooral veel oefening. Daarom vragen we de deelnemers om dagelijks tijd vrij te maken om te oefenen. Mindfulness is geen op zichzelf staande behandeling van lichamelijke of psychische problemen. Het kan wel een aanvulling zijn bij aandoeningen die een ingrijpende behandeling of een lang herstel vragen.

Tijdsduur

8 weken

Waar en wanneer

Donderdagnamiddag, van 13:30-16:00 uur: Dienst Psychiatrie-Psychosomatiek.

Contact

U kan meer informatie krijgen of de psycholoog bereiken: Via het secretariaat van de dienst Klinische Psychologie, t: 050 45 24 70 of via het secretariaat van de dienst Psychiatrie-Psychosomatiek, t: 050 45 23 90. 

Moeder-Kind Zorg (MIC-NIC)

Moeder-kindzorg op de Kraamafdeling/ MIC/NIC

Voor de toekomstige ouders opgenomen op de MIC, die er rusten en wachten op de geboorte van hun baby, kan er beroep gedaan worden op een psycholoog die hen kan bijstaan in het verwerken van de onrust omtrent de nakende geboorte. Eens de baby geboren is, kan deze begeleiding verder gezet worden op deze dienst en kan er gezorgd worden voor de ondersteuning van het beginnend ouderschap en de eerste ontwikkeling van de baby.

Ook ouders die gedurende of na de zwangerschap het verlies van hun baby moeten verwerken, kunnen beroep doen op de zorg van een psycholoog.

Voor tienermoeders wordt ook tijdens de zwangerschap een psychologische ondersteuning aangeboden, soms ook in het kader van beslissingen voor verder ouderschap.

Op welke wijze wordt er over deze zorg gedacht?

Tijdens de zwangerschap groeit een baby in de omsloten ruimte van moeders lichaam en in de open ruimte van haar denken en dat van haar partner. Het denken aan en over de baby tijdens de zwangerschap bepaalt hoe de baby en de ouders later in een gezonde, open interactie kunnen treden en of er hierbinnen voldoende ruimte komt om psychisch te kunnen/mogen groeien. Allerlei factoren kunnen deze mentale processen beïnvloeden en bemoeilijken. We denken hierbij aan de donorzwangerschap, zwangerschap met een dreigende vroeggeboorte, tienerzwangerschap, post-partumproblematiek, gezondheidsproblemen bij moeder of kind, familiale onrust, kopp-problematiek, …

In ons zorgaanbod ligt de focus op de 'baby in mind', de baby die in gedachten vorm krijgt, zowel voor als na de geboorte. De verwondering over baby's bindt ouders en zorgdragers; het verhaal erachter kan echter heel verschillend zijn, bevolkt met eigen representaties, spoken, wensen en dromen… Ook de baby's zelf vertellen ons hun verhaal. We hebben geleerd te luisteren naar het diepe beleven in hen, wat ze ons meedelen via lichamelijke communicatie en via hun sterke emotionele aanwezigheid.

Ons werk is er eerder preventief, ondersteunend in de ouderlijke opdracht, en dan voornamelijk in de opbouw van de vroegste ouder-kind relatie. We werken aan ontwikkelingsgericht ouderschap. Dit gebeurt vanuit een 'infant mental health'-visie, waarbij ouders en baby samen in beeld komen (zie ook ‘infanttherapie’).

Mobiel Vroeg InterventieTeam Psychose (MVIP)

Voor wie

Iedereen denkt wel eens een stem te horen, terwijl er in werkelijkheid niemand geroepen heeft. Of men denkt in de schemering een persoon te zien, om dan te ontdekken dat het een schaduw van een object is. Soms ervaart u het zien van dergelijke beelden, het ervaren van vreemde gedachten of het horen van stemmen zelf als erg hinderlijk of ervaart uw omgeving dat zo.

Soms wordt u angstig, overmannen hevige emoties u en/of verliest u uw energie en lukt het u niet meer om taken die van u verwacht worden aan te pakken. Of je voelt je niet meer zo goed thuis in jezelf of in de wereld.

Vaak betreft het een combinatie van deze klachten. De klachten veroorzaken een hinder in uw dagelijkse doen en zijn een reden voor zorg en extra aandacht. Bij velen zal zorg en extra aandacht volstaan, in sommige gevallen is dit een voorteken van een psychose.

Wanneer u zich zorgen maakt over uzelf, een vriend of familielid spreek dan EERST met uw huisarts, een vertrouwensleerkracht, het CLB, een studentenbegeleider, het JAC of de sociale dienst van uw werk.

U kan ook contact opnemen met het MVIP-team van ons ziekenhuis.

Doelstelling

Een MVIP-team helpt jonge mensen tussen 14 en 35 jaar én hun omgeving om een eerste of tweede psychose te voorkomen. MVIP wil mensen met ‘psychotisch-achtige’ ervaringen en mensen met een eerste psychose zo snel mogelijk bereiken om de situatie grondig te evalueren en waar nodig een gepaste behandeling te starten. MVIP wil de alertheid voor psychose vergroten en streven naar een positieve beeldvorming. MVIP is een samenwerkingsverband tussen AZ Sint-Jan, Centrum voor Psychische Revalidatie Inghelburch, PC Sint-Amandus, PZ Onze Lieve Vrouw.

Werking

Het MVIP-team biedt :

Bij urgentie een eerste contact binnen 48 uur, in andere gevallen tot maximaal een week. 

De gelegenheid om uitgebreid stil te staan bij de klachten.

Behandeling en begeleiding op psychisch vlak met betrekking tot: sombere gevoelens, angsten, vreemde waarnemingen, bizarre gedachten en gelijkaardige ervaringen/ emoties  

Ondersteuning in de relatie met de omgeving en bij wonen, opleiding, werken, vrije tijd...

Begeleiding en behandeling op de plek die de patiënt verkiest.

Opvolging in samenspraak met dichtbetrokkenen, de huisarts en/of andere hulpverleners.

Contact

Het MVIP-team Brugge kan u bereiken via t: 0492 73 84 83 of e: dominique.mvip@gmail.com

Meer weten?

Je vindt de MVIP-folder op http://www.verbindendsprekenmetpsychose.com/mvip

Op de website www.flippen.be  vind je meer informatie en een folder met informatie op maat van jongeren. U kan de folder afdrukken en meenemen op een gesprek. Op die site vindt u ook een checklist die kan dienen als hulpmiddel om na te gaan of iemand een verhoogd risico op een psychose heeft.

Multidisciplinair Centrum voor de Behandeling van Chronische Pijn

Inleiding

Op de pijnkliniek gaat men uit van een multidisciplinaire samenwerking (algologen of pijnartsen, de psycholoog, de neuroloog, de psychiater, de neurochirurg en de revalidatiearts). Eén keer per maand wordt er dan in dit kader ook met patiënten gesproken.
Patiënten worden naar een psycholoog van het Multidisciplinair Centrum voor de behandeling van Chronische Pijn doorverwezen in het kader van de plaatsing van neuromodulatietechnieken (SCS) en morfinepompen, dit conform RIZIV-voorwaarden voor terugbetaling van de pomp of de SCS. 
Hierbij gebeurt een screening aan de hand van een gesprek en psychologische testing. 

Verloop van het onderzoek

Er is een gesprek met de patiënt. Er gebeurt een testonderzoek. U kunt zich op dit onderzoek niet voorbereiden.
Een leesbril bij de hand hebben is hier dus noodzakelijk, indien u deze nodig hebt.

Behandeling

Het gebeurt steeds vaker dat patiënten doorverwezen worden in verband met begeleiding van chronische pijnklachten. Dit gebeurt binnen een gedragstherapeutisch kader.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Neglecttraining

Wat is neglect?

Neglect komt vaak voor na een beroerte of CVA, meestal als de rechterhersenhelft is aangedaan. Mensen met een neglect hebben moeite hun aandacht te richten op de linkerkant van de ruimte en/of de linkerkant van hun eigen lichaam. Hierdoor merken ze personen en voorwerpen die zich in één helft van de omgeving bevinden vaak niet op. Een patiënt met neglect gedraagt zich dan ook vaak alsof deze helft helemaal niet bestaat. Deze stoornis heeft ernstige gevolgen voor het dagelijks leven en voor het zelfstandig functioneren.

Voor wie

In principe komen alleen patiënten met voldoende adequate cognitieve functies (aandacht, geheugen, executieve functies,…) in aanmerking voor de training. Om te bepalen of iemand neglect heeft en hoe ernstig dit is, voeren we eerst een neuropsychologisch onderzoek uit. Hierna bepalen we, in overleg, of iemand daadwerkelijk in aanmerking komt voor de training.

Wat zijn de gevolgen?

De gevolgen van neglect die het meest opvallen, hebben te maken met alledaagse situaties. Veel patiënten laten bijvoorbeeld een deel van het eten op hun bord liggen en kunnen etenswaren of voorwerpen die aan de linkerkant op tafel liggen niet vinden. Patiënten wassen of scheren soms alleen de rechterkant van hun gezicht en hebben vaak problemen om te lezen wat er staat aan de linkerkant van een krant of boek. Bij het stappen of rolstoelrijden botsen patiënten regelmatig tegen obstakels (deurposten, tafels etc.) aan de linkerkant.

Doelstelling

In de training helpen we patiënten met neglect hun aandacht naar links te leren richten. Dit is nodig omdat een patiënt met een neglect niet meer automatisch de aandacht op de linkerkant richt. Patiënten leren hoe ze bewust de linkerkant van de ruimte af kunnen zoeken en krijgen aanwijzingen om dit ook in het dagelijks leven toe te passen. Door de training herstelt het neglect niet direct, maar kunnen de vervelende gevolgen ervan voor het dagelijks leven sterk verminderd worden.

Werking

Het trainingsprogramma bestaat uit een aantal verschillende taken: computertaken, figuren tekenen, lees- en schrijftraining en afbeeldingen beschrijven. Hiermee oefenen we de patiënt systematisch en gestructureerd in de aandacht naar de linkerkant richten. De training is individueel en wordt gegeven door een cognitief trainer (de ergotherapeut of klinisch psycholoog). We bouwen de moeilijkheidsgraad van de taken langzaam op en bespreken regelmatig met de patiënt hoe het gaat. Aan het einde van de training nemen we opnieuw een aantal tests af om het resultaat te kunnen meten. Het programma is behoorlijk intensief, maar wel de moeite waard: uit onderzoek is al gebleken dat veel patiënten door de training goed vooruitgaan in het leren omgaan met neglect.

Lees ook onze folder voor meer informatie.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Neuropsychologie

Voor wie

Een paar voorbeelden van vragen die aan de neuropsycholoog gesteld kunnen worden:

  • Als gevolg van een ongeluk met de brommer was Mieke comateus en had ze een hersenschudding. Nu ze reeds enkele weken terug bij bewust zijn is, merkt de familie dat ze meer vergeet en trager reageert. Kan ze opnieuw haar laatste jaar middelbaar hervatten?
  • Gerard kreeg enkele maanden terug een hersenbloeding. Sindsdien lijkt hij zaken aan zijn linkerzijde minder goed op te merken. Kan dit getraind worden en zal hem dit storen in zijn werk als boekhouder?
  • Antoinettes man stelt vast dat hij zaken steeds moet herhalen vooraleer zij ze onthoudt. Ze vergeet meer boodschappen mee te brengen, vergeet te zeggen wie getelefoneerd heeft, en is de laatste maanden ook vaker verdrietig. Haar moeder leed aan de ziekte van Alzheimer. Kunnen dit bij haar ook de eerste symptomen zijn?

Aan de hand van een neuropsychologisch onderzoek wordt nagegaan of een disfunctie aanwezig is, hoe ernstig deze disfunctie is en of deze disfunctie al dan niet de medische diagnose ondersteunt.

Wat is neuropsychologie?

De neuropsychologie is het vakgebied dat de relatie bestudeert tussen het gedrag en de werking van de hersenen. De neuropsycholoog zal door middel van een neuropsychologisch onderzoek de gevolgen van hersenbeschadiging op het gedrag vaststellen. Of andersom, wanneer iemand niet (meer) goed functioneert, zal de neuropsycholoog nagaan of dit verklaarbaar is vanuit beschadiging van de hersenen of andere psychologische processen (depressie, angst …) hierbij een rol spelen.

Werking

Het neuropsychologisch onderzoek bestaat uit een aantal specifiek uitgezochte tests, testbatterijen, gedragstaken en/of vragenlijsten, die peilen naar verschillende cognitieve functies, zoals aandacht, geheugen, leervermogen, taalvaardigheid, planningsvermogen en probleemoplossend denken. Tijdens het onderzoek wordt bijvoorbeeld gevraagd om zowel verbaal als meer visueel materiaal te onthouden en te reproduceren. 

U dient verschillende taken uit te voeren die zicht geven op uiteenlopende hersenfuncties. We lichten u daarbij telkens goed in over wat u moet doen. 
Aan de hand van vragenlijsten en een gesprek met de patiënt en familieleden peilen we ook naar eventuele emotionele problemen zoals verwerkings- en aanvaardingsproblemen, depressieve stemming en angst. We gaan na of er sinds het hersenletsel gedragsveranderingen zijn opgetreden, bijvoorbeeld verhoogde prikkelbaarheid of interesseverlies.

Door dit uitvoerig onderzoek kunnen we de aard en de ernst van de cognitieve stoornissen in kaart brengen.

Bij de interpretatie van de resultaten houden we rekening met factoren die een invloed kunnen hebben op de cognitieve prestaties, zoals geslacht, leeftijd, beroep en opleidingsniveau, recente gebeurtenissen, stemming ...

Op basis van de neuropsychologische balans trachten we:

  • een zo juist mogelijk beeld te krijgen van de normale en de zwakkere prestaties van de patiënt.
  • vervolgens, waar mogelijk, ook een specifiek en individueel bepaald cognitief revalidatieprogramma op te starten.

Hoe komt u bij de neuropsycholoog terecht?

De behandelend arts doet een aanvraag aan de (neuro)psycholoog. Het is ook mogelijk dat deze vraag aan de (neuro)psycholoog vanuit de teamvergadering komt. De geplande afspraken zullen u tijdig worden meegedeeld.

Een verslag van het onderzoek wordt in overleg met u bezorgd aan de aanvragende arts. De resultaten worden meestal door hem/haar met de patiënt besproken. Voor aanvullende informatie kan u uiteraard bij de psycholoog terecht.

Voorbereiding

  • U kunt zich op de testen niet echt voorbereiden. 
  • Gelieve eventuele brillen of andere leeshulpmiddelen mee te brengen.
  • U neemt uw medicatie zoals gebruikelijk. Voor bepaalde onderzoeken zal de verwijzende arts aangeven of van deze regel afgeweken moet worden. 

Wachttijden

De wachttijd kan tot enkele maanden oplopen.

     Tijdsduur

Het onderzoek kan een paar uur tot een hele dag (een 6-tal uur) in beslag nemen, afhankelijk van uw leeftijd en de vraagstelling.

Prijs

De kostprijs is afhankelijk van de aard van de interventies en of onderzoeken en is afhankelijk van de tijdsinvestering. U kunt de kostprijs steeds opvragen op het secretariaat van de dienst, t: 050 45 24 70.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Oncologie

Inleiding

Kanker en de behandeling ervan hebben een grote impact op u en uw omgeving (partner, kinderen, ouders, …).

U ondervindt naast lichamelijke belasting ook gevolgen op andere aspecten van uw dagelijkse leven. Uw denk- en gevoelswereld verandert en uw familiale, sociale en professionele relaties worden beïnvloed.

In samenwerking met de artsen, verpleegkundigen, poliklinieken, dienst medisch-maatschappelijk werk, … van de diverse afdelingen willen we de psychosociale noden die kanker teweegbrengt, helpen opvangen en verlichten.

Zowel u als uw andere gezinsleden kunnen een beroep doen op ons. Dit zowel tijdens als na de behandeling.

Werkwijze

U en uw familieleden kunnen bij ons terecht, zowel tijdens als na de behandeling.  De psychologische ondersteuning kan eenmalig of langdurig zijn en kan sporadisch of frequent plaatsvinden. Dit wordt in onderling overleg met u afgestemd. De gesprekken gaan bij voorkeur door in onze eigen werkruimten, maar kunnen ook op de kamer of in behandelingsruimten plaatsvinden.  

We houden steeds rekening met uw privacy en zijn gebonden aan het beroepsgeheim.

Ondersteuning 

Indien vragen en moeilijkheden zo belastend zijn dat ze u uit evenwicht brengen of indien u nood heeft aan een luisterend oor, kunnen wij, als niet-betrokkenen, u en uw familieleden ondersteunen.

U kunt bij ons onder meer terecht voor:

  • Verwarrende emoties (woede, bezorgdheid, angst, onzekerheid, waardeloosheid, een gevoel van oneerlijkheid, prikkelbaarheid, futloosheid en/of andere gelijkaardige emoties, gevoelens …)
  • Problemen met uw eet- en slaappatroon
  • Twijfels over uzelf, uw lichaam en uw omgeving
  • Moeilijkheden in de communicatie met uw omgeving
  • Veranderingen in beleving van intimiteit en seksualiteit
  • Aanpassingen op professioneel vlak, vrijetijdsbesteding en sociaal leven
  • Bezorgdheid om de toekomst, de zin van het leven en uw rol als partner, ouder, vriend(in), …
  • Verwerking van verlies en rouw
  • ...
    die gerelateerd zijn aan kanker en het behandelingsproces.

Prijs

De consultaties tijdens de actieve behandeling worden gesubsidieerd vanuit de overheid. Tijdens en kort na de behandeling hoeft u niets te betalen. Daarna kunnen we ofwel de begeleiding afronden, u doorverwijzen buiten het ziekenhuis, of u nog enkele gesprekken betalend aanbieden. Dit wordt uiteraard telkens met u besproken.

Nuttige links

Kom op  tegen kanker: www.komoptegenkanker.be

Stichting tegen kanker: www.kanker.be

Orthopedie

Inleiding

Bij medische specialismen als orthopedie en traumatologie verwacht men niet meteen een grote inbreng van de psychologie. Toch speelt de psyche een grote rol in zowel de oorzaak van locomotorische klachten als in de behandelingsuitkomst.  De verwijzing door de orthopedist gebeurt dan ook wanneer men met betrekking tot de oorzaak van een klacht, de onderhoudende factoren of de uitkomst-bepalende elementen een psychologische factor vermoedt. 

Het onderzoek

Hierbij gebeurt een screening aan de hand van een gesprek en psychologische testing. 
Een leesbril bij de hand hebben is hier dus noodzakelijk, indien u deze nodig hebt.

Behandeling

Patiënten kunnen op eigen initiatief of na doorverwijzing contact opnemen met het secretariaat om een ambulante afspraak te krijgen bij de psycholoog voor verdere gesprekstherapie.

Psychiatrie Algemeen

Op het departement Psychiatrie-Psychosomatiek, dat een laagdrempelige opvang biedt voor patiënten met allerhande psychiatrische problemen, zijn ook een aantal van de psychologen van onze dienst Klinische Psychologie werkzaam.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Psychofysiologisch onderzoek

Voor wie

Bij een hele reeks lichamelijke klachten kan de arts u soms verwijzen voor een psychofysiologisch onderzoek. Dit is onder meer het geval bij pijnklachten en bij klachten die doen vermoeden dat stress een belangrijke rol speelt. Naast pijn denken we dan onder meer ook aan spanningshoofdpijn, hyperventilatie, hartklachten, duizeligheid en nog veel meer. Dit betekent niet dat de klachten 'psychisch' zijn, maar wel dat ze het vermoeden wekken dat ze het gevolg zijn van een ingewikkeld samenspel tussen lichaam en geest. Een psychofysiologisch onderzoek kan hier uitsluitsel bieden.

Werking

Een psychofysiologisch onderzoek bevat twee componenten:

  • Het PSYCHO-gedeelte:
    bestaat uit een intakegesprek rond de klachten, het ontstaan ervan en de betekenis ervan in uw leven. In dit gesprek peilen we naar uw persoonlijkheid en leefomstandigheden. Indien nuttig of nodig kan dit gesprek worden aangevuld met een of enkele psychologische tests.
  • Het FYSIOLOGISCHE gedeelte:
    een soort 'lichamelijk' onderzoek. We voeren hierbij een meting uit door elektrodes op het lichaam aan te brengen. Dit is volledig pijnloos. Er wordt geen bloed getrokken. Op die manier meten we onder meer de spierspanning, de ademhaling, de koolzuurdruk in het bloed, de hartslag, de bloedvolumepuls, de huidtemperatuur en de elektrische huidgeleiding. In een aantal oefeningen worden de reacties van deze parameters nagegaan, waardoor we zien hoe het lichaam reageert op de oefeningen. Zo kunnen we spanningen, hyperventilatie en lichamelijke reacties op stress meten.

De onderzoeksresultaten worden onmiddellijk na het onderzoek besproken, wat kan uitmonden in een therapievoorstel of verwijzing. Indien nodig kunnen dan verdere afspraken voor behandeling worden gemaakt.
De verwijzende arts en/of huisarts krijgt een verslag van het uitgevoerde onderzoek, de resultaten en het behandelvoorstel.

Voorbereiding

  • U kunt zich op dit onderzoek niet voorbereiden.
  • Op de dag van het onderzoek neemt u uw gebruikelijke medicatie, tenzij er tijdens het maken van de afspraak iets anders wordt aanbevolen. 

Tijdsduur

U rekent best op een tweetal uur voor dit onderzoek.

     Prijs

De kostprijs is afhankelijk van de aard van de interventies en/of onderzoeken en van de tijdsinvestering.  U kunt de kostprijs steeds opvragen op het secretariaat van de dienst, t: 050 45 24 70.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Revalidatie en Sportgeneeskunde

Inleiding

Wanneer je een langdurige periode in een ziekenhuis terecht komt en geconfronteerd wordt met ernstige lichamelijke beperkingen, heeft dit een zware emotionele impact. Veel van de patiënten met ernstige, langdurige of blijvende beperkingen komen op de revalidatieafdeling terecht.

Als u op de revalidatieafdeling komt, krijgt u te maken met een of meerdere medewerkers. Dit hangt vooral af van de reden van uw verwijzing naar de revalidatieafdeling. Soms zal één fysiotherapeutische behandeling volstaan; soms zijn er wel drie therapieën noodzakelijk.

Welke artsen en verpleegkundigen werken er op de revalidatieafdeling?

  • revalidatieartsen
  • fysiotherapeuten
  • ergotherapeuten
  • logopedisten
  • medisch-maatschappelijk werkenden
  • psycholoog
  • orthopedisch instrumentmaker
  • orthopedisch schoentechnicus
  • medewerkers van het secretariaat, de receptie en de planning

In een aantal gevallen wordt bij de revalidatiebehandeling gebruik gemaakt van de diensten van de psycholoog.  Hij houdt zich bij de revalidatie voornamelijk bezig met de medische psychologie. De wisselwerking tussen lichamelijke en psychologische factoren staat hierbij centraal. Wanneer de psycholoog wordt ingeschakeld, gaat het vaak om vragen als:

  • Zijn er bij hersenletsel (bijvoorbeeld ten gevolge van een verkeersongeval) gevolgen voor het geheugen en concentratievermogen?
  • Hoe kan men in het dagelijkse leven het beste omgaan met psychische problemen die het gevolg zijn van een hersenletsel?
  • Kunnen bepaalde psychologische gevolgen van een hersenletsel nog worden verbeterd door middel van speciale oefeningen?
  • Kan er hulp worden geboden bij angst of gedeprimeerdheid die is ontstaan doordat iemand een handicap heeft gekregen?
  • Kan de patiënt worden geholpen bij het leren om bepaalde leefgewoonten te veranderen wanneer dit in verband met het ziektebeeld noodzakelijk is?
  • Kan door middel van psychologische methoden (bijvoorbeeld ontspanningsoefeningen) invloed worden uitgeoefend op pijnklachten van een patiënt?
  • Zijn er aanwijzingen dat bepaalde psychische problemen van invloed zijn op de lichamelijke klachten van een patiënt?

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Rugschool

Gang van zaken

Consultatie bij een revalidatiearts.

Consultatie bij de psycholoog. Tijdens het volgen van de rugschool vragen wij aan alle patiënten om voor de aanvang en na het beëindigen van de rugschool een aantal vragenlijsten online in te vullen om hun psychologisch welbevinden te bekijken.  Patiënten kunnen de vragenlijsten krijgen via het secretariaat van de revalidatie. Nadien kunnen de patiënten vrijblijvend uitgenodigd worden voor een intake gesprek via het secretariaat. Indien patiënten dit wensen kunnen ze ook zelf contact opnemen met de dienst voor een ambulante afspraak.

De volgende screeningsvragenlijsten worden afgenomen:

Vragenlijst (De TAMPA) die peilt naar angstige gedachten omtrent beweging
Vragenlijst (De OLBPD-Q) die peilt in welke mate de pijn u hindert in het dagdagelijkse leven
Vragenlijst (De 4DKL) die peilt naar hoe u zich voelt, in welke mate u stress ervaart…

Hierbij worden anamnestische gegevens verzameld waarbij aandacht voor psychologische/psychiatrische voorgeschiedenis, familiale steun,… huidig psychisch functioneren en de impact van pijn op de psyche en omgekeerd.

Het consult bij de psycholoog behoort tot het opgelegde pakket van de mutualiteit en de eerste drie sessies bij de psycholoog worden niet aangerekend aan de patiënt.

Voor het consult bij de psycholoog meldt u zich aan bij het secretariaat van de klinische psychologie. Het consult duurt ongeveer dertig minuten, indien verdere afspraken gepland worden, neemt dit een uur in beslag.

Slaapcentrum

Inleiding

Het slaapcentrum is een multidisciplinair samenwerkingsverband tussen verschillende specialisten die in het ziekenhuis werkzaam zijn. In dit project werken neurologen, pneumologen, psychiater en psychologen samen in een team dat een afdoend antwoord wil bieden aan de steeds groeiende problematiek van slaapstoornissen. Het ziekenhuis beschikt over een up-to-date slaaplabo, waardoor ook gespecialiseerde verpleegkundigen aan het team zijn toegevoegd.

Patiënten die verwezen worden met slaapproblemen kunnen zich aanmelden op de slaapkliniek, waar ze een afspraak kunnen maken met een van de teamleden. Naargelang de verwijzing zal dit in eerste instantie meestal, zij het niet uitsluitend, bij de neuroloog of longarts zijn. Na een eerste contact kan de arts, indien nodig, een slaaponderzoek (slaaplabo) voorschrijven. Dit onderzoek houdt in dat de patiënt gevraagd wordt om één of twee nachten in het ziekenhuis te overnachten, waarbij verschillende slaapparameters geregistreerd worden.  De resultaten en de daaraan gekoppelde adviezen worden  daarna door de arts of de verantwoordelijke van het slaaplabo meegedeeld. 

Voor een aantal patiënten is verdere medische behandeling van de slaapstoornissen aangewezen. Een grote groep patiënten lijdt echter aan wat men 'psychofysiologische insomnie' noemt (dit is een soort slaapprobleem, waarvoor men niet meteen kan terugvallen op medische behandelingen). Voor deze mensen is een cognitief gedragstherapeutisch programma het meest effectief gebleken. Een teamlid van het slaapcentrum kan hiervoor verwijzen naar de psycholoog. Het programma voor behandeling van slaapstoornissen bij de psycholoog is een gestructureerd gedragstherapeutisch groepsprogramma dat werd ontwikkeld door verschillende Vlaamse en buitenlandse universiteiten en slaapcentra, en hierbij onder voortdurende wetenschappelijke follow-up staat. Ook individuele programma's of psychotherapie kunnen worden aangeboden.

In teambesprekingen wordt de evolutie van de patiënt, en van de lopende programma's, door het slaapcentrum opgevolgd.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Tabakologie

Voor wie

De rookstopbegeleiding bieden we in ons ziekenhuis enkel nog aan voor opgenomen patiënten met een acute nood tot rookstop. De begeleiding gebeurt op individuele basis.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Zorg voor kinderen op spoedgevallen en intensieve zorgen

Kinderen kunnen op de spoedafdeling of op de dienst Intensieve Zorgen (IZ) opgenomen zijn. Voor hen kan het hele gebeuren onbekend en beangstigend zijn. Ook voor de ouders is dit stresserend en vermoeiend. Voor emotionele ondersteuning bij deze opname kunnen kinderen en ouders beroep doen op een kinderpsycholoog. Deze steun kan ook zinvol zijn en gevraagd worden indien kinderen op bezoek willen komen bij een zieke ouder op de spoedafdeling of de Dienst IZ.

Via de spoedartsen, IZ-artsen of verpleegkundigen kan een afspraak gemaakt worden.

Zorg voor toekomstige ouders: fertiliteitskliniek

Inleiding

Partners die in aanmerking komen voor kunstmatige inseminatie (KID), eiceldonatie als acceptor of als donor - al dan niet in het kader van een homoseksuele relatie of als alleenstaande ouder - worden steeds gezien door een psycholoog om in te schatten of de behandeling binnen een psychisch gezonde motivatie en een draagkrachtige gezinsachtergrond kan kaderen.
Dit ouderschap heeft immers eigen kansen en kwetsbaarheden voor de baby die later in het gezin geboren wordt.

Ook toekomstige ouders die de grote emotionele druk en stress die een fertiliteitsbehandeling vraagt moeilijk dragen, kunnen beroep doen op een psycholoog van de dienst Klinische Psychologie.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.

Zwangerschapsonderbreking

Voor wie

Vrouwen die een zwangerschapsonderbreking overwegen voor de wettelijke toegestane zwangerschapsduur van 12 weken kunnen al dan niet op verwijzing van de gynaecoloog een voorlichtingsgesprek hebben met een psycholoog om samen na te denken over hun keuze.
Na dit gesprek dienen er 6 dagen bedenktijd te zijn alvorens een onderbreking op basis van een psychologische nood gewettigd kan zijn.

Hoe contact met ons opnemen?

U kan contact opnemen met de dienst Klinische Psychologie via het secretariaat. t: 050 45 24 70.


 


 

De inhoud van deze pagina werd samengesteld door de betrokken dienst(en). Laatste update: 23 september 2019